Je beseft dit allemaal niet van buiten, je denkt dat het gewoon is. Maar van binnen zien we het wel. Ieder van ons, sinds jong, kon haar gevaar leren kennen.
Aangenaam, we zijn de cellen en we gaan heel stil aan jou vertellen wat er binnen dagelijks gebeurt, en geloof het, dat kan verschrikkelijk worden…
In het begin zijn we alle jonge zusjes cellen en we zien niet veel van die lelijke schurken. Maar we verdubbelen snel en in de loop van enkele maanden maken we een volledig organisme met mooie organen en stelsels. We ontwikkelen onszelf naar allerlei soorten met verschillende functies (dat noem je differentiatie), en we blijven altijd in contact met elkaar: we communiceren met onze buren door sommige kanalen, echter kunnen we ook door lange afstanden spreken.
Onze wereld, je binnen omgeving, heeft niet veel licht: enkel juist onder de oppervlakte (je noemt het huid) wordt het minder donker. Maar diep in het vlees en in de vaten, waar we samen met de moleculen zwemmen, zou je niks zien. Toch voelen we het noodzakelijk: de signalen van kameraden met belangrijke opdrachten of dringende hulpvragen.
Soms zien we indringers: schadelijke bacteriën, virussen, gisten, parasieten en andere vreemde microbes. Maar er zijn verschillende soorten en we groeien toch graag met de onschadelijke stammen die met ons samenleven (het gezonde microbioom); ons afweersysteem kan ze zo slim onderscheiden en we kunnen hem meestal vertrouwen. De gendarmen van ons leger communiceren heimelijk tussen elkaar met speciale coden en ze produceren toxische stoffen die tegen de indringers ingespoten worden.
Deze gevallen zijn toch gemakkelijk om te vechten en te winnen. Er is een eenvoudig schema te volgen en de tegenstanders zijn tamelijk herkenbaar. Wat vrezen we is een ander type oorlog, degene die ons echt naar het verwoestend einde brengt. Toegewijde onderzoekers daarbuiten hebben een speciale naam voor dat: oxidatie of met een bredere naam, inflammaging. Ze onderzoeken het verschijnsel met vreemde experimenten waar ze cellenculturen en cavia’s testen; ze ontdekken jaarlijkse een nieuw molecuul of mechanisme betrokken in ons bloedbad en ze proberen een remmer toe te voegen. Zover, niets dat verbazingwekkend kan werken tegen zo’n gevaarlijk spook.
De vijanden zijn slink en sluw en ze ontstaan dikwijls uit bondgenoten, wat een kwaadaardige truc. In de labo’s daarbuiten kregen ze de naam van vrije radicalen, die reactieve vormen van zuurstof zijn (reactive oxygen species - ROS). Zuurstof is een noodzakelijk gas voor onze metabolische processen; onder de dubbelvorm van O2 is hij onschuldig, maar het kan bedreigend worden als hij alleen staat, als O-: dan wordt hij possessief en steelt hij een elektron bij andere atomen. De ongelukkigen worden “gereduceerd”, en blijven beschadigd of inactief zonder hun elektron. Zo werkt het, genadeloos, de chemie.
Reactieve stikstof soorten zijn een andere categorie boefjes (reactive nitrogen species - RNS), die hetzelfde spelletje doen. Stikstofoxide is een heel voorkomende signaalmolecuul die, als opgelost gas, zijn reis in ons bloed doet, en maakt ons vaten ontspannen. Als vaten ontspannen, vermindert de bloeddruk: de bekende blauwe pil werkt precies tussen deze reacties…
Alles deze reactieve moleculen zijn spijtig genoeg een neveneffect van ons eigen metabolisme. Normaal gezien hebben we, jonge en werkende cellen, een goed arsenaal om deze losse mijnen onschadelijk te maken. Maar met de tijd, worden we minder efficiënt en de slachtoffers van de oxidatie slagen meer en meer op in ons intracellulair milieu: roestige karkassen van eiwitten, vetzuren en (deoxi-)ribonucleinezuren kunnen niet meer functioneren of, nog erger, ze geven een verkeerde informatie door aan de dochtercellen.
Dit fenomeen leidt tot een mutatie in het genetische materiaal dat erfelijk kan worden: het is moeilijk te voorzien wat een mutant zal doen maar het is extreem zeldzaam dat een voordelig kenmerk daarvoor ontstaat. Meestal verliest de mutant de bekwaamheid om haar omgeving te zuiveren. Soms begint het zonder remmen te vermenigvuldigen: de specialisten daarbuiten noemen het kanker, maar voor ons hier binnen zijn deze genoten gek en wanhopig geworden (zijn er toch wel andere interpretaties). Soms, bij het tegenovergestelde, kan de verouderde cel niet meer in wendbare dochters splitsen en blijft ze stil in haar ouderdom zonder een goede dienst te kunnen uitvoeren.
De wetenschappers maken een rationele lijst van de processen die deelnemen aan de verouderingsprocessen: ze spreken over primaire kenmerken, antagonistische kenmerken en integratieve kenmerken.
De primaire kenmerken bevatten het genetische materiaal dat kapot, verkort of onbetrouwbaar is (genomische instabiliteit, uitputting van telomeren en epigenetische veranderingen), en het arsenaal van eiwitten dat gedoemd en gewonnen is.
Als antagonistische kenmerken denken we aan het onvermogen om nutriënten te herkennen en gebruiken, de algemene oxidatieve toestand (de roest) van de intracellulair omgeving en disfunctie van de mitochondriën, onze krachtcentrale.
Tenslotte, zijn de inefficiënte intracellulaire communicatie en uitputting van stamcellen de integratieve kenmerken die alle functies rechtstreeks beïnvloeden.
Deze kenmerken zijn met elkaar verbonden zoals onze dappere cellen die sterk tot het einde strijden, totdat te veel vijanden ons op alle fronten aanvallen.
Wil je ook weten hoe de oxidatie en inflammaging te bestrijden? Volg me op mijn newsletter of stel een vraag...
Comments